Het is mogelijk. Leven op alleen rauw voedsel. Maar wil je dit op een verantwoorde manier doen, dan kost het veel tijd en aandacht. Het is een ‘way of life’. Maar realiseer je ook dat niet alle voeding rauw gezonder is! Bij veel groenten is het juist belangrijk deze eerst te verhitten. Want daarbij komen goede voedingsstoffen vrij. En andere, schadelijke stoffen, worden vernietigd.

Goede stofjes, slechte stofjes

Neem bijvoorbeeld een broccoli. Die bevat veel goede stoffen zoals sulforafaan, maar ook slechte als goitrogenen. Deze stoffen kunnen de productie van schildklierhormonen op een negatieve manier beïnvloeden. Goitrogenen zitten in de meeste harde koolsoorten. Even kort laten stomen of koken is daarom beter.

Even kort bakken, juist gezond!

Tomaten bevatten een sterk antioxidant genaamd lycopeen. In een rauwe tomaat is dit stofje niet actief, maar kook je de tomaat dan zal er meer lycopeen vrijkomen. Ook blijven er na het koken minder saponinen over, die in grote hoeveelheid schadelijk kunnen zijn voor de darmen.

Dierlijke eiwitten erg belangrijk

Vlees, vis, gevogelte en eieren hebben een hogere biologische waarde aan eiwitten, bevatten meer ijzer, vitamine D en B12 en worden beter opgenomen door het lichaam dan plantaardige bronnen. De eiwitten bevatten essentiële aminozuren die ons lichaam niet zelf kan aanmaken. En dus moeten we ze toevoegen door middel van voeding.

Wat kun je doen? 

  1. Varieer zoveel mogelijk in je groente en fruit. Er is geen voedingsmiddel dat je onbeperkt kunt eten zonder dat het eventueel schade kan toebrengen aan je lijf.
  2. Eet zowel rauw (hoog in voedingswaarde) als gekookt voedsel, ongeveer in de verhouding 60-40.
  3. Luister goed naar je eigen lichaam, hoe reageert het op warm of koud voedsel?
  4. Wil je meer rauwe voeding eten? Lees je goed in en zoek een mentor die je kan helpen.

 

Tekst: Hormoonfactor trainer en Foodcoach Alex van der Werf 

Disclaimer: Dit artikel is informatief bedoeld. Het is geen vervanging van medische diensten en informatie. Raadpleeg bij twijfel en medicijngebruik altijd een huisarts of behandelend arts.

Gerelateerde berichten