Compassie naar anderen kennen we allemaal, maar zelfcompassie… dat is toch een ander verhaal. Compassie betekent mee-lijden. Dat is niet hetzelfde als medelijden – verdrietig zijn omdat de ander verdrietig is -, maar het betekent dat je beseft wat het verdriet van de ander betekent en waar het vandaan komt. Het is niet een tijdelijk gevoel, maar een levenshouding van mededogen naar de ander. Wanneer we dit ook kunnen naar onszelf toe, ontstaat er een enorme kracht waarmee we ons ‘lijden’ kunnen dragen op een manier die veel positieve effecten heeft.

Het dragen van wat moeilijk is

Misschien klinkt dat vreemd: ons lijden kunnen dragen. Het klinkt ook erg zwaar en misschien zelfs religieus, dat lijden. Niks is minder waar. Lijden is een verzamelnaam voor alles waar we het moeilijk mee kunnen hebben. Dat kan variëren van bang zijn voor de tandarts tot liefdesverdriet, van een snee in je vinger tot rouw, van onzeker zijn over je uiterlijk tot een ruzie met je familie.

Dit zijn alledaagse moeilijke dingen, maar deze hebben veel invloed op ons: ze kosten tijd en energie. Zelfcompassie kan ons helpen het moeilijke hiervan beter te kunnen dragen. Wat je dan doet is eigenlijk het omarmen van de gehele menselijke ervaring: de leuke en minder leuke dingen. Het hoort er allemaal bij. We zijn allemaal onvolmaakt en wat heerlijk zou het zijn als we ons daar minder tegen zouden verzetten?

Jezelf zien als een vriend of vriendin

Zelfcompassie is dus te begrijpen als een levenshouding jegens onszelf, waarbij we beseffen wat ons ‘lijden’ betekent, waar het vandaan komt en we mededogen hebben ten opzichte van onszelf.

Als je je dit moeilijk voor kunt stellen, kun je het vergelijken met onze houding ten opzichte van een vriend of vriendin, die het moeilijk heeft. Wat zeg je tegen hem of haar? Meestal zeg je iets in de trant van: alles komt goed, je mag een fout maken, wees niet zo hard voor jezelf, je bent fantastisch. Klopt dat? Dat is precies wat je vriend(in) nodig heeft om te horen op dat moment. Zelf heb je dit ook af en toe nodig. Wat nu als je dit tegen jezelf zou zeggen?

De effecten van zelfcompassie

Wat zou er gebeuren als we meer zelfcompassie zouden hebben? In de volgende lijst lees je wat de effecten kúnnen zijn.

  • Zelfcompassie is een krachtig middel om je emotionele welzijn te verbeteren.
  • Je voelt je waardevoller en vindt dat je als mens goede zorg verdient. Dit betekent dat je streeft naar wat het beste is voor je gezondheid en welzijn en leidt tot pro-actief gedrag.
  • Je voelt je geaccepteerder en veiliger, omdat je niet meer zo’n negatief zelfoordeel hebt.
  • Je ervaart meer verbonden met anderen.
  • Je richt je meer op dat wat je goed doet in plaats van wat je niet hebt of kunt.
  • Je vindt meer rust doordat je niet meer zo afhankelijk bent van positieve of negatieve (zelf)oordelen.
  • Zelfs in moeilijke tijden kan de goede dingen in het leven meer waarderen.
  • Je bent constructiever naar jezelf toe en laat je minder leiden door angst en negativiteit.
  • Je voelt je meer voldaan, positief en optimistisch in het leven.

Natuurlijk zijn deze effecten slechts voorbeelden en is er geen garantie, maar dit artikel is gebaseerd op het boek ‘Zelfcompassie: stop jezelf te veroordelen’ (2011) waarin Kristin Neff zweert bij de positieve effecten van zelfcompassie nadat zij hier jarenlang wetenschappelijk onderzoek naar heeft gedaan.

Hoe herken je een tekort aan zelfcompassie?

Natuurlijk zijn er allerlei manieren waarop je kunt herkennen dat je weinig zelfcompassie hebt. Een greep uit de signalen is de volgende:.

  • Je wilt een bovengemiddeld zelfbeeld hebben: je wilt bijzonder zijn en er bovenuit springen. Het aantal likes op Facebook, het aantal volgers op Instagram, het aantal vrienden wat je hebt is erg belangrijk voor je.
  • Je oordeelt zwaar over jezelf. Je kan jezelf uitschelden en op meerdere punten bekritiseren. Is er iemand die je slechter behandelt dan jijzelf?
  • Je voelt je slecht en rot wanneer je kritisch bent op jezelf.
  • Je bent hard: je oordeelt zwaar over anderen om jezelf beter te voelen.
  • Zelfmedelijden: je verkeert gemakkelijk in de slachtofferrol en/of neemt niet de verantwoordelijkheid voor je eigen geluk en gezondheid op je.
  • Je negeert problemen en moeilijke situaties en richt je alleen op het praktisch oplossen hiervan.
  • Door relaties en problematiek hieromheen laat je je gemakkelijk meeslepen.
  • Je ervaart jezelf als een probleem wat moet worden opgelost.
  • Wanneer je problemen hebt, isoleer je je van anderen.
  • Je hebt het idee dat anderen het veel beter hebben dan jij. Het gras is altijd groener aan de overkant.

Wat kun je eraan doen?

Wat we met zelfcompassie eigenlijk proberen te bereiken is niet het lijden wegnemen, maar erkennen dat we lijden. Dit is namelijk een groot verschil! Lijden hoort bij de menselijke ervaring. De Boeddha benoemde dat 2500 jaar geleden al. Wat het lijden alleen nog veel zwaarder maakt, is dat we ons ertegen verzetten. We móeten gelukkig zijn en ons goed voelen en gezond zijn en als dat niet lukt, willen we zo snel mogelijk uit deze staat komen. Dit is echter onmogelijk: we zijn onvolmaakt, we maken fouten, er gebeuren dingen in het leven die moeilijk zijn. Door te erkennen dat deze situaties moeilijk zijn en dit erbij horen, verzacht je je pijn.

In tegenstelling tot tegen onszelf, zeg je tegen een vriend(in) die verdrietig is niet: “Eigen schuld, dikke bult!” Je zegt eerder: “Natuurlijk ben je verdrietig, het was niet zo handig wat je deed, maar alles komt weer goed.” Je vriend(in) die iets onhandig heeft gedaan, blijft je vriend(in), maar blijf jij ook vriendelijk tegen jezelf?

Een eerste stap naar meer zelfcompassie is tegen jezelf zeggen wat een goede vriend of vriendin zou zeggen als je het moeilijk hebt. Kijk naar jezelf vanuit de ogen van hem of haar en wat zie je dan? Wat zeg je dan? Wil je meer tips over dit onderwerp? In het tweede artikel over zelfcompassie lees je meer oefeningen om meer zelfcompassie te ontwikkelen.

Tekst: Marieke de Groot voor Vivonline

Disclaimer: Dit artikel is informatief bedoeld. Het is geen vervanging van medische diensten en informatie. Raadpleeg bij twijfel en medicijngebruik altijd een huisarts of behandelend arts.

Gerelateerde berichten